Samen 80 jaar Vitelia
Je hebt het naar je zin in je baan en bij je werkgever. Waarom zou je dan uitzien naar ander werk bij een ander bedrijf? Ze worden steeds schaarser de hondstrouwe werknemers. Jan Litjens en Mart de Wit, 40 jaar in dienst bij Vitelia, zijn twee van deze hondstrouwe medewerkers. Iets om trots op te zijn als werknemer, maar zeker ook voor Vitelia als werkgever.
Tijdens de personeelsbijeenkomst in september jl. zijn beide jubilarissen in het zonnetje gezet. Beiden zijn geen directe collega’s van elkaar, ook nooit geweest. Jan en Mart zijn in 1978 begonnen bij Boerenbond Ysselsteyn en hebben door de jaren heen het een en ander meegemaakt. Beide mannen zitten aan tafel voor een interview.
Vertel eens iets over vroeger, hoe zijn jullie bij Vitelia terecht gekomen?
Lei Potten was de beroerdste niet en gaf me 25 gulden voor een nieuwe fiets
Mart begint te vertellen: “Ik ben geboren en getogen in Deurne en kom uit een groot gezin met acht kinderen. We hadden thuis varkens en koeien en er stond gelukkig altijd eten op tafel. Met zo’n groot gezin was dat wel vechten aan tafel daarom verdeelde moeder het vlees, de rest (vooral aardappelen) mochten we zelf opscheppen. Nadat ik de Mavo had afgerond ben ik gaan werken bij een pluimveebedrijf waarna ik in militaire dienst moest, dat was destijds nog verplicht. Toen ik 19 jaar was kreeg ik verkering in Ysselsteyn. De vader van mijn toenmalige vriendin en mijn huidige vrouw Annemie werkte in de winkel van Boerenbond Ysselsteyn. Hij was de ‘kruiwagen’ voor mijn eerste baan bij Boerenbond Ysselsteyn. Ik werd chauffeur. Als Brabander geboren en getogen in de Walsberg ging ik de boeken in als eerste ‘buitenlander’ die bij Boerenbond Ysselsteyn kwam te werken.”
Jan, als oudste van een gezin met zes kinderen, is geboren en getogen in Ysselsteyn. “Vanaf mijn 13e werkte ik al bij een pluimveebedrijf in het dorp.
Ik deed er van alles, maar voornamelijk eieren rapen.
Nadat ik het Atheneum had afgerond wist ik niet precies wat ik wou gaan doen en kon ik hier blijven werken totdat ik iets had gevonden wat mij aanstond. Lei Potten, de toenmalige zaakvoerder van Boerenbond Ysselsteyn, kwam regelmatig op het bedrijf en vroeg mij of ik interesse had in een baantje bij de boerenbond. Ze zochten iemand die de bestellingen aannam en de weegbrug kon bedienen. Twee dagen later, na een kwartiertje inwerken, ben ik begonnen bij order-entry”, lacht Jan.
“Dat is herkenbaar”, lacht Mart. “Ik mocht na twee vrachten ook meteen zelfstandig met de bulkauto de boer op. Al doende leert men, zeggen ze toch?”
Jullie hebben nu allebei een andere functie dan destijds. Hoe is jullie carrière gelopen?
“Ja, we hebben beiden in de loop der jaren verschillende functies vervuld”, zegt Mart.
Jan: “Vanuit order-entry sprong ik vaker bij in de winkel. In het begin vond ik dat best eng. Soms liepen er klanten langs en dan hoopte ik dat ze niet binnenkwamen. Wat moet je zeggen tegen de klant als je zelf niet veel verstand van de producten hebt? Nee, ik was wel een beetje onzeker, maar in die tijd moest je van alle markten thuis zijn. Verder hielp ik daar waar dat nodig was, in de fabriek of bij het laden van de bulkwagens.”
Mart had al vaker in de fabriek gesleuteld, dus toen een collega uitviel was het vanzelfsprekend dat hij in de ploegendienst ging. “Dit heb ik ongeveer twee jaar gedaan. Het handige was dat ik voer kon maken, laden en het ook nog eens zelf naar de klant kon brengen. Dit kwam, zeker op zaterdagavond en zondagmorgen, goed van pas.”
Jan lacht: “Och ja, ik herinner me nog dat ik een fout had gemaakt in de planning waardoor Mart op zaterdagavond aan het werk moest. Ik voelde me schuldig, dus ben op de fiets gesprongen en met hem in de bulkwagen meegereden, zo was hij niet alleen. Vervelend was wel dat mijn fiets, die ik had vastgebonden aan een paal, bij terugkomst gestolen was. Daar stond ik met mijn goede bedoelingen. Maar Lei Potten was de beroerdste niet en gaf me 25 gulden voor een nieuwe. Dat lijkt weinig, maar meer was het ding ook niet waard.”
Dit doet Mart denken aan een ander verhaal.
“Op zondagmorgen belde een boer op. Hij was vergeten een bestelling te plaatsen en het voer voor zijn grootouderdieren was op. Helaas was dat voer met een speciale samenstelling en dus niet zomaar even te maken. Om de boer toch te helpen stelde ik voor om basisvoer te leveren en maandagochtend het juiste voer te produceren. Daar was de boer het niet mee eens, waarop ik hem vroeg: Wat zou jij doen als jij die kip was?
Laat jij, terwijl je barst van de honger, het ‘vreemde’ voer liggen of begin je er gretig aan te pikken? De boer lachte en sommeerde me van het mengsel een paar ton te brengen.”
Nadat de bedrijfsleider, Pietje Deters, met pensioen ging, werd Mart bedrijfsleider in Ysselsteyn. De locaties Overloon, Panningen en Neer zorgden voor uitbreiding. Het was druk, maar ook erg gezellig. Met een kleine club collega’s hadden we veel voor elkaar over en werd er veel gelachen”, zegt Mart.
Jan vult aan: “En als we tegen het einde van het jaar een bepaald tonnage voer hadden geproduceerd dan waren er altijd wel een paar kratjes bier die na werktijd leeggemaakt ‘moesten’ worden om dit te vieren. De wildste verhalen kwamen dan boven. Zeker met Jo van den Broek en Peter van den Burgt.” Jan gaat verder: “De keer dat ik te laat kwam is me ook goed bijgebleven. Lei Potten zijn gezicht stond toen op oorlog, maar woorden bleven uit. Even later kwam Lei binnen met een spijker en een hamer en sloeg deze demonstratief in de muur. Ik snapte het niet. Totdat hij even later terugkwam met een klok en deze aan die spijker bevestigde. De boodschap was duidelijk.”
Wat was de grootste verandering?
In 2008 vond de fusie plaats tussen Boerenbond Ysselsteyn en SaWeCo en gingen we verder onder de naam Vitelia.
Mart: “Dat was wel even omschakelen, ik moest opnieuw mijn plek vinden in de organisatie. Dat was echt wennen, de club werd groter en de structuur anders.
Ik herinner me dat er ineens afspraken werden ingepland. Dit vond ik best spannend
Jan gaat verder: “Wat ik me nog herinner is dat er ineens afspraken werden ingepland. Dit vond ik best spannend, voorheen was hier geen sprake van. Je werd toen ‘gewoon’ op kantoor van de baas geroepen. We hadden in die tijd ook nooit een functioneringsgesprek.”
Jan lacht: “Voor mij werkte de fusie positief, al was de start wel wat lastig. Wij werkten met te veel mensen op één afdeling en dat liep niet lekker. Toen mij in 2008 werd gevraagd of ik openstond voor een andere functie binnen het bedrijf ben ik vervolgens geswitched naar de functie van allround medewerker in het RBC ‘De Oelderse halte’. Dit is achteraf de beste beslissing geweest die ik had kunnen nemen. Ik heb sindsdien weer veel plezier en afwisseling in mijn werk. Het is fijn om met mensen om te gaan en het iedereen naar de zin te maken.”
Mart vult aan: “Wij komen uit de analoge tijd. Als je niets met computers en digitalisering had, dan was het best lastig om hier mee te werken en… als je daarnaast ook nog een beetje koppig bent, is dit extra lastig. Toch zit ik inmiddels volledig op mijn plek als planner op de inkoopafdeling. Samen met Mario Hendriks en Marc de Louw vormen we een hecht team en vullen we elkaar prima aan. Het is continu een uitdaging om de juiste grondstoffen tegen een aantrekkelijke prijs in te kopen en te zorgen voor tijdige levering zodat dat de productie doorloopt. Nee, ik zou de klok niet meer terug willen draaien, het bevalt me goed bij Vitelia.”
Waarom al 40 jaar Vitelia?
Jan: “Allereerst omdat ik een leuke baan heb. Maar ook omdat Vitelia een sociaal bedrijf is dat het op de eerste plaats goed wil doen voor haar klanten maar zeker óók voor haar werknemers.”
Mart: “Vitelia staat niet stil en blijft zich ontwikkelen, dus saai is het hier bepaald niet. Er is aandacht voor de medewerkers en dat vind ik persoonlijk belangrijk.”
Namens Vitelia, Mart en Jan proficiat!